Schepen ietsje schoner

Column

De wereldscheepvaart moet tegen 2050 de helft minder broeikasgassen uitstoten dan in 2008. Dat is besloten in de IMO. Het lijkt een bescheiden doel. Over 32 jaar pas gooit de scheepvaart de fossiele brandstoffen, zoals zware stookolie, er voor de helft uit en zal ze dus eindelijk eens aansluiten bij het Parijse klimaatverdrag. Zowaar hebben […]

Scheepvaart algemeen

De wereldscheepvaart moet tegen 2050 de helft minder broeikasgassen uitstoten dan in 2008. Dat is besloten in de IMO. Het lijkt een bescheiden doel. Over 32 jaar pas gooit de scheepvaart de fossiele brandstoffen, zoals zware stookolie, er voor de helft uit en zal ze dus eindelijk eens aansluiten bij het Parijse klimaatverdrag. Zowaar hebben in de IMO 173 landen vóór deze opschoning gestemd, met overigens de Verenigde Staten, Rusland en Saoedi-Arabië als notoire tegenstemmers. Maar goed, er wordt dus een stapje gezet.

Het goede nieuws brengt Tristan Smith, onderzoeker van het UCL Energy Institute, dat bijdraagt aan de klimaatdebatten in de IMO. Smith acht het zeer onwaarschijnlijk dat nieuwe zeeschepen na 2030 nog op fossiele brandstof zullen varen. Je laat in 2020 al niet zo gauw de kiel meer leggen voor een schip dat op fossiele brandstof is aangewezen. Doe je dat wel, dan zullen financiers en verzekeraars zich op het hoofd krabben, want we moeten dertig jaar later zoveel mogelijk van die rommel af. Het wordt volgens de Britse onderzoeker nog een hele klus om voldoende schepen straks te laten varen op bijvoorbeeld stroom (waar bunker je die onderweg?), waterstof of biomassa.
De technologie daarvoor staat in de kinderschoenen. De wereldwijde bunkerbranche, waarin onder meer Rotterdam en Singapore actief zijn, kan zijn borst natmaken. Over enkele decennia zullen ondernemingen in die bedrijfstak moeten overschakelen op bijvoorbeeld waterstof, omdat ze er anders medio deze eeuw geweest zijn.

De Nederlandse redersvereniging KVNR juicht het IMO-besluit toe en spreekt zelfs van een ‘historische mijlpaal’. Een wat dubieuze reactie, die een zekere opluchting laat blijken over de datum waarop het klimaatdoel moet worden bereikt: 2050. De narigheid is dat wie nu in sterk vervuilende schepen investeert het klimaat op de aardbol nog decennialang kan blijven bedreigen. Het is mogelijk dat reders en shipowners nog snel op grote schaal in – voorlopig – goedkopere schepen investeren, die varen op fossiele brandstof.

Maar laten we ons eens meeslepen met het optimisme van UCL-onderzoeker Tristan Smith, die gelooft dat de IMO-normen de komende tijd nog wel wat zullen worden aangescherpt. Laten we eens aannemen dat deze IMO-overeenkomst standhoudt en dat de scheepvaart daarmee een steentje bijdraagt aan de doelstellingen van ‘Parijs’. Het is tenminste iets.

Schepen ietsje schoner | NT

Schepen ietsje schoner

Column

De wereldscheepvaart moet tegen 2050 de helft minder broeikasgassen uitstoten dan in 2008. Dat is besloten in de IMO. Het lijkt een bescheiden doel. Over 32 jaar pas gooit de scheepvaart de fossiele brandstoffen, zoals zware stookolie, er voor de helft uit en zal ze dus eindelijk eens aansluiten bij het Parijse klimaatverdrag. Zowaar hebben…

Scheepvaart algemeen

De wereldscheepvaart moet tegen 2050 de helft minder broeikasgassen uitstoten dan in 2008. Dat is besloten in de IMO. Het lijkt een bescheiden doel. Over 32 jaar pas gooit de scheepvaart de fossiele brandstoffen, zoals zware stookolie, er voor de helft uit en zal ze dus eindelijk eens aansluiten bij het Parijse klimaatverdrag. Zowaar hebben in de IMO 173 landen vóór deze opschoning gestemd, met overigens de Verenigde Staten, Rusland en Saoedi-Arabië als notoire tegenstemmers. Maar goed, er wordt dus een stapje gezet.

Het goede nieuws brengt Tristan Smith, onderzoeker van het UCL Energy Institute, dat bijdraagt aan de klimaatdebatten in de IMO. Smith acht het zeer onwaarschijnlijk dat nieuwe zeeschepen na 2030 nog op fossiele brandstof zullen varen. Je laat in 2020 al niet zo gauw de kiel meer leggen voor een schip dat op fossiele brandstof is aangewezen. Doe je dat wel, dan zullen financiers en verzekeraars zich op het hoofd krabben, want we moeten dertig jaar later zoveel mogelijk van die rommel af. Het wordt volgens de Britse onderzoeker nog een hele klus om voldoende schepen straks te laten varen op bijvoorbeeld stroom (waar bunker je die onderweg?), waterstof of biomassa.
De technologie daarvoor staat in de kinderschoenen. De wereldwijde bunkerbranche, waarin onder meer Rotterdam en Singapore actief zijn, kan zijn borst natmaken. Over enkele decennia zullen ondernemingen in die bedrijfstak moeten overschakelen op bijvoorbeeld waterstof, omdat ze er anders medio deze eeuw geweest zijn.

De Nederlandse redersvereniging KVNR juicht het IMO-besluit toe en spreekt zelfs van een ‘historische mijlpaal’. Een wat dubieuze reactie, die een zekere opluchting laat blijken over de datum waarop het klimaatdoel moet worden bereikt: 2050. De narigheid is dat wie nu in sterk vervuilende schepen investeert het klimaat op de aardbol nog decennialang kan blijven bedreigen. Het is mogelijk dat reders en shipowners nog snel op grote schaal in – voorlopig – goedkopere schepen investeren, die varen op fossiele brandstof.

Maar laten we ons eens meeslepen met het optimisme van UCL-onderzoeker Tristan Smith, die gelooft dat de IMO-normen de komende tijd nog wel wat zullen worden aangescherpt. Laten we eens aannemen dat deze IMO-overeenkomst standhoudt en dat de scheepvaart daarmee een steentje bijdraagt aan de doelstellingen van ‘Parijs’. Het is tenminste iets.